Rechten van patiënten en cliënten
De rechten van patiënten en cliënten zijn in verschillende wetten vastgelegd. De belangrijkste zijn de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO), de Wet zorg en dwang (WZD), de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz) en de Wet kwaliteit, klachten en geschillen in de zorg (Wkkgz).
- WGBO. De wettelijke regels rond de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) zijn ondergebracht in het Burgerlijk Wetboek. Je hebt als patiënt bijvoorbeeld recht op duidelijk informatie in begrijpelijke taal, maar je mag ook bepaalde informatie juist niet willen weten. Je hebt recht op overleg met je zorgverlener. Een onderzoek of behandeling gaat alleen door als jij er toestemming voor geeft op basis van goede informatie (informed consent). Je mag je eigen medische dossier inzien. Anderen mogen dat niet, tenzij jij daar uitdrukkelijk toestemming voor geeft.
- WZD. De Wet zorg en dwang regelt onvrijwillige zorg aan mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie) of een verstandelijke beperking. Onvrijwillige zorg is ingrijpend voor alle betrokkenen. Het is het laatste redmiddel. Je ontneemt de betrokkene zijn vrijheid, tegen zijn wil. Daarom stelt de wet strenge eisen aan de inzet ervan. De inzet van dwang moet ‘noodzakelijk’ zijn om ‘ernstig nadeel’ te voorkomen. Alle andere mogelijkheden moeten uitgeput zijn. De dwang moet zo kort mogelijk duren en zo licht mogelijk zijn. Tenslotte moet dwang effectief zijn: als dwang ook niet helpt, moet die achterwege blijven.
- Wvggz. De Wet verplichte ggz regelt onvrijwillige zorg aan mensen met een psychische aandoening. Het kan gaan om gedwongen opname, maar ook om het verplicht gebruiken van medicatie of ’s nachts thuis blijven. Ook hierbij geldt een aantal waarborgen.
- Wgbh/cz. In verschillende wettelijke regelingen is bepaald dat mensen met een beperking recht hebben op gelijke behandeling. Discriminatie is verboden, tenzij er redelijke gronden zijn om juist wel onderscheid te maken. Bijvoorbeeld bij het toekennen van uitkeringen of voorzieningen. De belangrijkste regels staan in de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (WGBH/Cz) en in het Wetboek van Strafrecht. Op de achtergrond spelen de Grondwet en het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap een belangrijke rol.
- Wkkgz. Een zorgaanbieder is wettelijk verplicht om goede zorg te bieden. Lukt dat niet, dan kun je als patiënt of cliënt een klacht bij de zorgaanbieder indienen. Krijg je geen antwoord op je klacht of kom je er in het contact met de zorgaanbieder niet uit, dan staat de weg open naar een onafhankelijke geschillencommissie. Deze (en andere) regels over kwaliteit en klachtrecht staan in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg.
Meer informatie
In hoofdstuk 4 van de Reader Mentorschap lees je meer over wettelijke rechten voor patiënten en cliënten, en de gevolgen die dat heeft voor het mentorschap.