Het zorgstelsel
Als mentor moet je je weg weten te vinden in het Nederlandse zorgstelsel. Dat stelsel is erop gericht om iedereen die dat nodig heeft passende zorg te geven. Die zorg moet van voldoende kwaliteit zijn en betaalbaar voor iedereen. In het zorgstelsel heeft preventie een belangrijke rol: als mensen gezonder leven hebben ze niet alleen een beter leven, ze maken ook minder gebruik van de zorg.
De kern van het zorgstel bestaat uit verschillende wetten. Voor mentorschap zijn vooral de Zvw, de Wmo en de Wlz belangrijk.
Cliëntondersteuning
Iedereen heeft recht op onafhankelijke, professionele ondersteuning in de zorg. Een cliëntondersteuner helpt mensen om hun hulpvraag duidelijk te maken en om keuzes te maken tijdens het ‘keukentafelgesprek’ met de gemeente. Ook kan hij ondersteunen bij het formuleren van een persoonlijk zorgplan bij de zorginstelling en het evalueren en bijstellen ervan. Een cliëntondersteuner kan eveneens helpen bij het indienen van een klacht bij de gemeente of bij zorginstellingen. De gemeente moet alle inwoners actief informeren over de mogelijkheid van cliëntondersteuning.
Mentoren en cliëntondersteuners kunnen veel aan elkaar hebben. Daarom is het belangrijk dat je als mentor goed met hen samenwerkt.
Meer informatie
In hoofdstuk 3 van de Reader Mentorschap lees je meer over de Zorgverzekeringswet, de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Wet langdurige zorg.